KNMG stelt beroepsnorm middelengebruik vast

donderdag 18 januari 2018

De regels in de medische beroepsuitoefening voor het drinken van alcohol en het gebruik van psychoactieve middelen zijn vanaf vandaag opgenomen in de KNMG-gedragsregels. Hiermee is een lang bestaande set ongeschreven regels geformaliseerd voor alle artsen en coassistenten die patiëntgebonden werkzaamheden uitvoeren.

Het gebruik van alcohol en psychoactieve middelen heeft invloed op het functioneren. Vanwege de risico’s voor de patiëntveiligheid is het gebruik van deze middelen door artsen tijdens hun werk niet acceptabel. Uitgangspunt van de nulnorm is dan ook dat artsen hun werk nuchter verrichten. Er mogen geen sporen van alcohol of psychoactieve middelen in het lichaam aanwezig zijn tijdens het werk. Het gaat om psychoactieve middelen zoals vermeld op Lijst I en II van de Opiumwet, zoals heroïne, cocaïne en XTC en cannabis en paddo’s.

Gedragsregel Nul is de norm

De officiële tekst van de gedragsregel luidt:

Het uitgangspunt van de KNMG is dat artsen hun werk nuchter moeten verrichten. Onder nuchter verstaan wij dat er geen sporen van alcohol of psychoactieve middelen in het bloed aanwezig mogen zijn. Dit betekent het volgende:

  • Een arts of specialist die op reguliere tijden en tijdens aanwezigheidsdiensten4 werkzaam is, moet voldoen aan de nulnorm en is volledig nuchter.*
  • Een arts of specialist die bereikbaarheidsdienst heeft als eerste aanspreekpunt, moet voldoen aan de nulnorm en is volledig nuchter.**
  • Een arts of specialist die bereikbaarheidsdienst heeft als tweede aanspreekpunt, moet voldoen aan de verkeersnorm als het gaat om alcohol en aan de nulnorm als het gaat om psychoactieve middelen.***

*Tijdens een aanwezigheidsdienst is de arts altijd fysiek aanwezig op werkplek.
**Bij een bereikbaarheidsdienst is de arts niet fysiek aanwezig op de werkplek en kan hij eerste of tweede aanspreekpunt zijn.
***Deelname aan het verkeer met een promillage hoger dan 0,5 promille is verboden.

Handhaving

Handhaving is in uiterste gevallen een taak van de inspectie of de tuchtrechter. Implementatie en bewustwording van de norm is een belangrijke taak van collega’s onderling, de beroepsverenigingen en de werkgevers.

Het initiatief voor het formaliseren van deze beroepsnorm over middelengebruik komt vanuit de beroepsverenigingen zelf. De Federatie is betrokken geweest bij de ontwikkeling van deze KNMG-beroepsnorm.

Sluiten